De grote Tibetaans Boeddhistische monnik en filosoof Matthieu Ricard was gisteren in Amsterdam om de Nederlandse vertaling van zijn boek ‘Plaidoyer pour l’altruisme’ aan ons voor te stellen. Altruisme en de kracht van Compassie is een encyclopedisch werk met bijbehorend formaat (896 p.) en prijs. Persoonlijk wacht tot deze zomer. Dan komt een verkorte Engelse vertaling uit van slechts 432 p.
Ricard gaat recht in tegen de Westerse filosofische en wetenschappelijke neiging om het bestaan van altruïsme te ontkennen. Het is bijvoorbeeld een veel voorkomende gedachte, teruggaand tot Freud, dat er onder alle compassie egoïsme verborgen zit. De wetenschap ondersteunt dit idee niet en Ricard heeft het allemaal bij elkaar gebracht.
Hij constateert dat we bij allerlei vaardigheden door hebben dat oefening kunst baart. Als het gaat om zoiets als compassie hebben we de neiging te denken dat het of een vaststaande eigenschap is, of iets dat in een avondje bij elkaar te mediteren moet zijn. Hij geeft zelf echter een heel ander voorbeeld: hij heeft 25 jaar lang gemediteerd.
Verrassend genoeg begon hij de avond met een kort overzicht van de dramatische effecten van de industrialisatie op het wereldwijde ecosysteem. Hij hoopt dat, als we compassie ontwikkelen, we die zullen uitbreiden naar zowel de toekomstige generaties als de 1,6 milljoen andere soorten op deze planeet. Als we dat doen, zo hoopt hij, kunnen we de humanitaire catastrofe voorkomen of minimaliseren die ons wacht als we niets aan klimaatverandering doen. Hoe eerder we collectief handelen, hoe kleiner het offer.
Hij bracht de boodschap zo overtuigend dat je het publiek hoorde schrikken.
Vervolgens ging hij in op de verschillende soorten empathie. Er worden minstens twee onderscheiden:
- Affectieve empathie – mee voelen met het lijden van anderen
- Cognitieve empathie – begrijpen hoe de ander voelt.
De eerste is de oorzaak dat veel mensen in de zorg of het onderwijs uit branden. De tweede helpt doktoren om hun patiënten van advies te voorzien. Maar cognitieve empathie is ook wat psychopaten zo vreselijk overtuigend en charmant maakt, ook al hebben ze helemaal geen affectieve empathie. Ze zien mensen als objecten om te gebruiken.
Hij citeerde Martin Luther King als volgt (mijn vertaling):
Elk mens moet beslissen of hij in het licht van creatief altruïsme zal lopen, of in de duisternis van destructief egoïsme.
En (niemand citerend, weer mijn vertaling):
Compassie ontstaat uit liefde, als het lijden ontmoet.
Er is een alternatief voor burn out: wat hij de ‘glow of compassion’ noemt. Heel vrij vertaald: compassie kan het hart verwarmen. Die warmte geeft energie en maakt gelukkig. Dat is heel wat anders dan uitbranden. Op basis van zowel onderzoek als ervaring zegt hij dat deze tweede manier te trainen is.
Nog een keer optimistisch: de reden dat we altruïsme ontkennen is eenvoudig omdat het zo vanzelfsprekend is. Als je de weg vraagt, verwacht je geholpen te worden. De vreemdeling die je helpt, heeft er geen enkele beloning voor. Dit is zo gewoon, dat we het nauwelijks opmerken. Ricard noemt dit de ‘banality of goodness’. Vanzelfsprekende goedheid.
Ik kijk er naar uit het boek te lezen in de meer betaalbare Engelse versie.
Hier is de volledige video van de avond.
Copyright foto Netty Leleulya