Traditioneel hebben de grote religies verzaking in de een of andere vorm aan geraden. Of het gaat om vasten of Ramadan – leken werden (en worden) gestimuleerd zich eens per jaar in te houden. Voor religieuze professionals, zoals monniken, nonnen en priesters, was verzaking een taak voor het hele jaar. Althans, in theorie. In veel gevallen kwam de praktijk zo ver van de theorie af te staan dat de religieuze klasse beter leefde dan het gewone volk. In Tibet bijvoorbeeld waren de kloosters niet alleen de machtigste instanties, maar ook de meest luxueuze. Sociaal gezien niet zo’n heel slechte situatie, aangezien iedereen er toe kon treden en toevlucht vinden.
Ascese is een vreemd ideaal. Het ideaal van vrijwillige armoede. Verzaking betekent alleen iets als je begint met iets te hebben. De Boeddha wordt bewondert om zijn rondtrekken door Noord India en Nepal, niet omdat hij arm was, maar omdat hij rijkdom en macht achter zich liet. Als hij niet rijk begonnen was, was hij niet meer geweest dan een zwerver.
De Amerikaanse droom is omgekeerd: je begint met armoede, idealiter na immigratie, en eindigt in rijkdom, als gevolg van hard werk.
Verzaking past als ideaal, in een religieuze context, niet in de geest van onze tijd. Maar andere vormen van askese hebben wel een hoge status. Wie zich ‘in vorm’ weet te houden door dieet en lichaamsbeweging worden geprezen in onze cultuur. Voor de meeste vrouwen is het regiem nodig om aan het ideaal te voldoen zo zwaar, dat het resultaat des te meer geprezen wordt. Ook dit ideaal is het gevolg van rijkdom. In arme landen is voedsel zo schaars dat zij die er genoeg van hebben om dik te worden een hoge status hebben. Maar in het Westen is voedsel makkelijk te krijgen, en dik makend voedsel is het goedkoopst. En dus is dun zijn het ideaal geworden.
Ik vraag me af of dit alles zo gewaardeerd wordt omdat het wilskracht laat zien. Mijn eerste uur ’s ochtends bestaat uit half wakker dwalen door mijn appartement. Aankleden, thee zetten, mijn gezicht wassen, de tafel dekken voor het ontbijt en de pc opstarten. Niet noodzakelijkerwijs in die volgorden, en ik vergeet ook nog weleens te eten. Het leven beperkt de meeste mensen in hun ochtendritueel, natuurlijk. De klok wordt belangrijker als je op tijd naar je werk moet, natuurlijk (*). En kinderen die gevoed en naar school moeten veranderen de zaak ook nogal. Hoe het ook zij, de toevoeging van elke ochtend een rondje hardlopen in de buurt, laat wilskracht en toewijding zien. Ook al wordt het misschien makkelijker als het gewoonte wordt, voor diegenen onder ons die er niet aan beginnen, ziet het er uit als veel werk.
Biologen zijn er achter gekomen dat regelmatig een rondje hardlopen (e.d.) beloond wordt met hormonen die je goed doen voelen. Deze hormonen kunnen zelfs een soort verslaving worden. Misschien is het zelfs zo dat verzaking in het algemeen zo’n soort effect heeft, want ook vasten geeft een soort natuurlijke ‘high’, zo is mij verteld. In tegenstelling tot sporten maakt vasten het moeilijker om je dagelijkse verantwoordelijkheden te nemen. Sporten geeft fysieke energie, vasten neemt het weg.
In Theravada Boeddhistische landen is er een vreemde cyclus. Monniken beginnen als verzakers: ze leven apart van andere mensen en hebben bijna niets, eten bijna niets. Maar hoe meer ze dat ideaal leven, hoe meer bewondering ze van de mensen in de buurt krijgen. Ze worden een ‘goed dharma veld’, met andere woorden: aan hen te geven is extra goed karma. Dus krijgen ze veel van de mensen. Dit maakt hun verzaking minder streng. Als het lang genoeg zo door gaat, worden een paar monikken ontevreden met de gezapigde toestand, en gaan weg om strenger ascetisch te leven. Maar de zelfde dynamiek zorgt er voor dat ze in relatieve rijkdom eindigen.
Wat dit alles laat zien is dat mensen een vreemde relatie hebben tot dat wat hen onderhoudt. Aan de ene kant nemen we een heleboel voor vanzelfsprekend aan: voedsel, een dak boven ons hoofd, onze sociale positie. Aan de andere kant weten we ergens dat er andere manieren mogelijk zijn. De Amerikaanse droom herinnert arme mensen er aan dat sommigen een weg er uit vinden. En rijke mensen hoeven niet zo heel erg moeilijk te doen: er zijn tenslotte mensen die zich aan armoede weten te ontworstelen, dus waarom niet allemaal? Aan de andere kant van het spectrum is verzaking een herinnering dat rijkdom ook een keus is. Het voedsel dat we eten is een keus. En wat zeldzaam is wordt bewonderd: mensen die uit de bestaande structuur stappen om anders te zijn.
*) Ik werk thuis en deel dus mijn eigen tijd in.