Op mijn Engelse weblog heb ik afgelopen vrijdag een stukje geschreven over waarheid en leugen. De reacties maakten dat stukje nog interessanter. Ik werd me ervan bewust dat ik niet meer de ondiplomatieke twintiger ben van een paar jaar geleden. Ik ben subtieler geworden, genuanceerder – maar kom nog steeds voor mijn mening op, als ik dat verstandig acht.
Ik weet niet precies hoe dit gebeurd is. Ik denk dat ik me ben gaan realiseren dat woorden onze gemeenschappelijke realiteit scheppen. Wat we tegen mensen zeggen wordt onderdeel van het gesprek over een bepaald onderwerp. Dat gesprek bevat niet alleen de woorden die we gebruiken, maar ook hoe het gezegd wordt, wie we waarvan de schuld geven en onze plek in het sociale landschap.
Ik denk dat mensen die online schrijven, schrijven over wat we geleerd hebben. Omdat ik uitgesproken en fel begonnen ben en geleerd heb meer diplomatiek te zijn, was dat mijn voornaamste boodschap vrijdag. Ik heb geleerd dat zwijgen inderdaad goud kan zijn. Dat mijn woorden makkelijk agressiever geïnterpreteerd kunnen worden dan ze bedoeld zijn. Ik denk dat het mijn lot is een uitgesproken mening te hebben en soms controversieel te zijn. Maar het is niet nodig of verstandig om altijd in die hoek te zitten. Over onbelangrijke zaken kan men beter geen ruzie maken. Dat ik een mening heb over iemands kapsel, wil niet zeggen dat die persoon direct naar de kapper moet gaan.
Veel van wat mensen tegen elkaar zeggen is mening, niet feit. Het meeste is emotie en interpretatie in plaats van onbevooroordeelde waarheid.
Voor wie beleefd en onderdanig is opgevoed is het heel nuttig om te leren je uit te spreken en eerlijk te zijn. Maar uiteindelijk gaat het om de balans. Eerlijkheid heeft zeker zijn plaats, maar er zijn in veel situaties goede (en niet egoïstische) redenen om diplomatiek te zijn. Het is veel makkelijker om tot een uiterste te vervallen dan dat evenwicht te vinden.
Zonder heldere communicatie kunnen conflicten niet voorkomen, noch opgelost worden.
Maar wie een oude ergernis keer op keer uit is misschien eerlijk, maar niet wijs. Het helpt de persoon aan wie je je ergert niet, en je wordt er ook zelf niet beter van. In plaats daarvan kan het uiten van zulke ergernis de relatie schaden – en meer dan we bedoelden. Ik zeg dit uit mijn eigen ervaring. Maar wie geneigd is ergernissen binnen te houden – lees alsjeblieft het omgekeerde: het is belangrijk om emotionele dingen te leren communiceren en mensen vragen te stellen over wat ze doen wat je niet begrijpt.
De centrale boodschap is dus eigenlijk: we moeten allemaal op zoek naar wijsheid in wat we uiten.
Op zijn minst is het handig door te hebben dat emoties onze woorden beïnvloeden, en die van anderen. Emoties zijn even belangrijk in de meeste gesprekken als ‘de feiten’. We beïnvloeden elkaars emoties door wat we zeggen en wat we voelen. Als wat we voelen klopt met wat we zeggen, gebeurt er iets heel krachtigs. Dat werkt positief als zowel woorden als emotie begrijpend en liefdevol zijn. Aan de andere kant, als we boos of gefrustreerd zijn, en dat zeggen, kunnen we schade aanrichten. In veel gevallen is het wijzer om je mond te houden. Het oude advies – om tot tien te tellen – is nog steeds verstandig. Want als je boos wordt, zal die ander aanvallen of vluchten. Emotie roept emotie op – behalve als die ander ongewoon wijs is. Dit kan makkelijk escaleren.
Om dit soort confrontatie te vermijden is het belangrijk om zo kalm mogelijk te blijven in de meeste situaties. Ik bedoel niet dat meningsverschillen niet besproken moeten worden. Ik bedoel dat niet elk meningsverschil het waard is om ruzie over te maken. Probeer een middenweg te vinden waarin zowel respect is voor de ander, als open communicatie.
Eerlijkheid gekleurd door je persoon duurt inderdaad niet het langst. Ze houdt op zodra je inziet dat het om jouw trouw aan jouw waarheid gaat.
En jouw waarheid is per definitie nou eenmaal niet die van de ander. Dus als ik iets wat van een ander is niet mooi vind, hoef ik dat niet te zeggen. Maar als mijn mening gevraagd wordt, zeg ik niet dat ik het wél mooi vind. (wat ik vaak wel zie gebeuren).
Het hangt een beetje van de ander en mijn relatie tot die ander af of ik werkelijk zeg wat ik er van vind of dat ik het met iets vaags als ‘smaken verschillen’ in het midden laat.
wij reageren altijd vanuit onze bewustzijnstaat.
Al groeiend verandert onze staat van bewustzijn en ook onze manier van doen
Dus groei alleen maar en wees in de stilte.
Mooi 🙂 (beide)
Ik lees van je: “Ik denk dat het mijn lot is”, maar denk je niet dat we geen lot hèbben, maar zíjn? Zo hebben de meeste mensen liefde, maar zijn ze geen liefde. Hebben we het daarmee over denken en liefde, wat betekent dat? Waarom hebben mensen van het denken een probleem gemaakt en waarom blijven ze volhouden dat je liefde niet op papier krijgt?
M.a.w. hoe kunnen we een woorden zonder definities hebben? Nee, dat is onmogelijk. Alle dingen zijn naamloos geboren… de mens zag… omschreef… en gaf aan elke omschrijving één woord. Dat maakt de boom echter geen boom; één plus één nog geen twee. Dat hebben we zo genoemd. Een cruciaal verschil.
Mijns inziens betekent het woord liefde ‘loslaten’. Onbezwaard, vrijelijk los kunnen laten ís liefde-zijn.
En confrontaties vermijden?
Betekent dat niet dat de confrontatie al bestaat? En is de oorzaak daarvan te leren kennen niet belangrijker, opdat het geen confrontatie behoeft te worden? Ik denk dat we ons moeten realiseren dat er een zekere meerderheid te duiden is die de waarde van woorden niet kent. Neem nu het woord ‘respect’; het respecteren. Betekent dat vandaag niet louter ‘vriendelijke vijandigheid’… in de zin van ‘je kookt maar in je sop gaar… ik bemoei me niet met je… en is dàt de bedoeling?
Laten we maar niet confronterend zijn betekent ‘angst’ en mensen die angstig-zijn, zijn agressief en zij die agressief zijn, zijn in conflict met zichzelf en kunnen onmogelijk helder waarnemen. Zie maar… mensen doen niets anders dan zich tegen anderen te keren.