Er zijn nogal verschillende houdingen ten opzichte van iemand bedanken en spiritualiteit.
In klassieke theosofische kringen, hier in Nederland in elk geval, is bedanken een taboe waar ik me al jaren tegen verzet (met succes, gelukkig). De gedachte is dat mensen die het nodig hebben om bedankt te worden, nog een beetje egoïstisch zijn.
Ik heb altijd gezegd dat je het beter om kunt draaien: het is fantastisch als er mensen zijn die hard kunnen werken zonder daar voor bedankt te hoeven worden, maar je kunt niet van gewone mensen verwachten dat ze al zo ver zijn. Ondertussen kun je ze net zo goed bedanken voor wat je waardeert. Dat zijn goede manieren.
Aan de andere kant van het spectrum zijn mensen die de oefening van dankbaarheid een spirituele praktijk is. Gratitude practice, heet dat in het Engels. Ik ben ook daar een beetje sceptisch over (ik twijfel wel vaker). Maar toch lijkt onderzoek deze houding meer te ondersteunen dan de eerdere.
Op een van mijn favoriete psychologische blogs werd de waarde van dankbaarheid als volgt uitgelegd:
Onderzoek suggereert dat dankbaarheid je geestelijke en fysieke gezondheid kan verbeteren, relaties versterkt, positieve gevoelens veroorzaakt en ons helpt met stressvolle omstandigheden om te gaan.
Dat betekent allemaal natuurlijk niet automatisch dat we dankbaarheid zouden moeten oefenen. Het betekent dat dankbaarheid een positieve kracht is in het leven van mensen.
Aan de andere kant: mijn moeder is er van overtuigd dat Nederlanders zo’n gelukkig volkje zijn onder andere komt omdat we zo graag mopperen. Zelf denk ik dat het meer met ons sociale vangnet te maken heeft.
Terug naar ons onderwerp.
Het blijkt dat mensen die bedankt worden veel vaker anderen helpen – niet alleen degene die bedankte, maar ook anderen. Het punt is blijkbaar sociale onzekerheid: wordt mijn hulp wel gewaardeerd? Als mensen ons bedanken weten we dat het gewaardeerd was, en voelen we ons veiliger om de volgende persoon ook weer te helpen.
Daar kan ik me bij inleven. Wanneer ik overweeg iemand te helpen vraag ik me ook af of het gewaardeerd wordt of niet. Als ik denk van wel, is het waarschijnlijker dat ik het doe. Het is moeilijk om bij mezelf na te gaan of ik meer doe als ik bedankt wordt. Wat ik wel weet is dat de eerlijkheid van de waardering uit maakt. Als ik het gevoel krijg dat die persoon iedereen bedankt, betekent het voor mij weer minder.
Tja – bij Nederlanders weet je in elk geval bijna altijd zeker dat ze het menen, als ze je bedanken 😉
Geven en ontvangen zijn elkaars onlosmakelijke verwanten, die we dagelijks bewust als onbewust in de praktijk brengen.
Daarom zie ik ook niks verkeerds aan zoiets als het ontvangen van een complimentje of een bedankje. Het daarbij goed mogen voelen beschouw ik helemaal niet als egoïstisch. Het is juist menselijk te noemen en die factor die de ervaring van het geven en het ontvangen in het juiste evenwicht houdt. Dat maakt een groot verschil met het bewust vissen naar complimentjes, waarbij de aandacht van het geven ondergeschikt wordt gemaakt.
Uiteindelijk zal in dit proces het geven belangrijker worden dan de behoefte er iets voor terug te hoeven ontvangen. Maar dat is een rol waarin men groeit door de opgedane ervaringen, net zoals we leren en groeien door onze tegenslagen. Een van de grondslagen binnen de studie van de theosofie in de praktijk. (direct verbonden met het vijfde juweel, een van de mooiste) Natuurlijk mag daar een bedankje bijhoren.
Het is een kunst om bedankjes te kunnen ontvangen en zo de ander de gelegenheid geven dat te doen. De behoefte tot bedanken kan best groter zijn bij de een dan de behoefte bedankjes te ontvangen bij de ander.
Het afwijzen van bedankjes (het niet nodig hebben) zie ik dan ook eerder als iets van het ego. Het veronderstelt een soort superego omdat het voorbij gaat aan de ander en diens behoeften.
Bedanken vind ik een zeer positieve kracht. Het is de houding van waardering voor de ander. Ook de engelen loven en prijzen de Heer. Het schept een band, eenheid met diegene die bedankt wordt. De ander zal geneigd zijn nog meer voor je te doen. Maar daar moet je het naturlijk niet voor doen.
De spirituele idee achter het goede van dankbaarheid is dat als je iemand (een arme of een zieke) iets geeft, of hulp biedt waar die niet de mogelijkheid heeft om iets voor jou terug te doen, is, dat je vanwege je goedheid voor die mens of dier, dat uiteindelijk van de natuur zelf terug krijgt, wie goed doet goed ontmoet. Het is een natuurwet die vaak over het hoofd wordt gezien.
Aan de andere kant kan het ook zo zijn dat soms iemand iets kwalijk wordt genomen als die iets nalaat wat binnen zijn mogelijkheden ligt, het is de vraag in hoeverre zoiets terecht is. Het is vaak een kwestie van verantwoordelijkheden, soms ontstaan er ook misverstanden over verantwoordelijkheden. Dan is het ieder voor zich en God voor ons allen, dat is eigenlijk het tegenovergestelde van betrokkenheid.
Ik heb voor mezelf vaak het gevoel gehad dat ik liever goede redenen wil hebben om anderen dankbaar te zijn dan om dankbaarheid aan God te tonen, in dat laatste kan ik me namelijk niet altijd zo makkelijk verplaatsen.
Dezelfde is de reden dat ik me ver houd van spirituele instellingen, ik heb altijd de idee gehad dat die mensen daar voor God of zoiets komen, maar dat ze elkaar niet zien staan, of de oorzaak daarvoor nu trots is of niet, het is een gebrek aan betrokkenheid en “benaderbaarheid” die zich op zulke plaatsen doet voelen, als je regelmatig samenkomt met de mensen van wie je niet eens hun naam kent dan geeft dat ook veel eenzaamheid.
Ik vind bedanken een mooi iets. Het is een kleine moeite en het geeft de ander en jezelf een prettig gevoel. Bovendien is het ‘ net zo duur’ als klagen.